de familie Lankhorst

een familiegeschiedenis

Een tragisch leven

 

-- terug naar 'Komend naar Kampen' --


Wij richten onze blik echter niet langer op Leentien Pastoor en ook niet op Hendrick of Jan, maar op de middelste zoon van Berent Janssen van der Lanckhorst: Laurens. Laurens groeit op in Kampen in de eerste decennia van de achttiende eeuw. De stad is dan in verval. De glorie van de Hanze en de Middeleeuwen is verdwenen. De Gouden Eeuw is een geweldige tijd voor Holland en haar steden, veel goeds brengt het niet voor Kampen. De schade die de Münstersen en Keulenaren in het al besproken Rampjaar (1672) toebrengen komt daar bovendien nog eens overheen. Kampen speelt daarna nog slechts een regionale rol. Dat wil niet zeggen dat het niet een echte stad is. Dikke muren, torens, markten, pleinen en veel mensen dicht bij elkaar. Om nog maar te zwijgen van de geluiden en geuren die een stad met zich meebrengt: Kampen is er nog steeds!
De Broederkerk ontleend zijn naam aan de orde der Franciscanen. Deze monniken wilde het voorbeeld van Jezus volgen door gezamenlijk, als broeders, in armoede te leven. Tijdens de Reformatie verdween het klooster. Alleen de kerk is nog over.Filips II, koning van Spanje en vele andere gebieden in de wereld.Willem van OranjeDe toren van de Bovenkerk.

Als Laurens 21 is, doet hij met kerst 1716 belijdenis. Dit gebeurt bij dominee Caspar van Heymenberg. De plek waar Laurens belijdenis doet is de Broederkerk, dezelfde kerk waar hij ook gedoopt is. De naam van de kerk is nog de oude katholieke, ondanks het feit dat er geen katholieke eredienst in de kerk mag worden gehouden. Als in de zestiende eeuw Luther, en later ook Calvijn en anderen, zich verzetten tegen bepaalde misstanden in de katholieke kerk, ontstaan verschillende protestante geloven. Dit wordt de Reformatie genoemd. Vooral Calvijn heeft in ons land veel invloed. Protestanten worden door de Spaanse koning Filips II vervolgd vanwege hun geloof. De geloofstegenstelling tussen katholiek en protestant speelt daarom een grote rol in de Tachtigjarige Oorlog. Hierin maakt ons land zich los van Spanje. Wanneer in deze oorlog steden zich aansluiten bij Willem van Oranje, stamvader van ons koningshuis en tegenstander van Filips II, verandert met het bestuur ook de godsdienst in de stad. Katholieke kerken worden overgenomen door de protestanten. Katholieken worden in het algemeen niet vervolgd, maar mogen ook hun geloof niet in het openbaar belijden. Kerken hebben de katholieken officieel niet in die tijd in Kampen. Laurens Baerentsz van der Lankhorst wordt in 1716 dan ook lid van de Nederlands Hervormde Kerk (Die werd toen nog officieel de Nederduits Gereformeerde Kerk genoemd).

Laurens Baerentsz van der Lankhorst gaat op 26 februari 1723 in ondertrouw met Gerregien Kooyers. Ruim twee weken later, op 14 maart, trouwen ze. In totaal krijgen ze vier kinderen. Catharina is de oudste. Ze wordt geboren in januari 1724 en gedoopt in de  op de 26e van dezelfde maand. In november van het volgende jaar overlijdt ze. Op dat moment is Gerregien hoogzwanger van haar tweede kind: Barend Laurentsz van der Lankhorst. Hij wordt een maand nadat Catharina is overleden geboren en gedoopt in de Bovenkerk. We kunnen ons nauwelijks indenken wat deze gebeurtenissen hebben veroorzaakt bij Laurens en Gerregien. Een dochter verliezen en een paar weken later een zoon krijgen. Laurens en Gerregien zullen zich amper raad geweten hebben met deze tegenstrijdige emoties. Wat een drama en geluk in korte tijd!


Barend is niet het laatste kind van Laurens en Gerregien, maar zal wel de familielijn een stap dichter bij ons brengen. Over zijn leven zullen we dus later meer te weten komen. Nu eerst de andere kinderen. Het derde kind van Laurens en Gerregien wordt geboren in de winter van 1729 en op 18 februari van dat jaar gedoopt in de Broederkerk. Het jongetje wordt Jan genoemd. Ook dit kind zal het gezin in verdriet dompelen, want het overlijdt na enkele maanden en wordt begraven in de Bovenkerk. Het vierde kind, tevens een jongen, wordt wederom Jan genoemd. Hij wordt op 28 mei 1730 gedoopt in de Bovenkerk. Het gezin moet echter nog meer tegenslagen trotseren, want ook dit kind sterft spoedig. Het leeft slechts enkele weken en wordt begraven op 16 juni.

Laurens Baerentsz van der Lankhorst heeft in enkele jaren een dochter en twee zonen verloren. De emotionele last die hiermee op z’n schouders drukt wordt verder verzwaard als zijn vrouw Gerregien in de winter van 1732 overlijdt en op 17 maart in de Bovenkerk wordt begraven. Laurens staat er alleen voor.Interieur Bovenkerk, de kerk waar Laurens werkte.

We hebben al gezien bij Laurens’ vader dat het normaal is in die tijd om na een begrafenis spoedig opnieuw in het huwelijk te treden. Niet alleen is het volgens de sociale conventies noodzakelijk om te trouwen, ook is er economische noodzaak om dit te doen. Iemand moet immers de kost verdienen of het huishouden doen dan wel de kinderen opvoeden. Ook Laurens zal deze weg van hertrouwen bewandelen. Hij gaat in ondertrouw op 17 oktober van hetzelfde jaar waarin Gerregien overlijdt. Zijn tweede vrouw heet Anna Bondam en komt uit Kampen. Laurens Baerentsz van der Lankhorst en Anna Bondam trouwen op 5 november 1732. Laurens is op dat moment 37 en Anna 38. Ook voor Anna is het niet haar eerste huwelijk. Ze is weduwe van Lucas van Dingste. Wanneer hij is gestorven weten we (nog) niet. Het was in elk geval voor 21 mei 1731, maar kan niet langer dan enkele jaren eerder zijn geweest, aangezien in een testament van 20 februari 1728 blijkt dat hij toen nog in leven was. In het testament staat wel dat hij op dat moment ‘siek te bedde liggend’ was, dus het zou kunnen dat hij aan de ziekte is overleden. Zeker kunnen we hierover echter niet zijn.  


Laurens en Anna hopen dat ze niet alleen gelukkig met elkaar zullen worden, maar ook dat er spoedig kinderen worden geboren. Laurens heeft van zijn vier kinderen immers alleen nog maar Baerend over en Anna heeft waarschijnlijk überhaupt nog geen kinderen op dat moment. In een testament dat ze met haar eerste man heeft opgesteld, komen namelijk geen kinderen voor. De kinderwens van het paar komt al snel uit. Een jaar na hun huwelijk wordt het eerste kind van Laurens en Anna geboren. Ze wordt Meijntje genoemd, naar de moeder van Anna die Mijentien heet. Meijntje wordt op 14 oktober 1733 gedoopt in de Broederkerk. Een lang leven is Meijntje niet gegeven, want anderhalf jaar na haar geboorte sterft ze en wordt op 8 juni 1735 begraven. Ruim een jaar later, in het najaar van 1736, krijgen Laurens en Anna een tweede dochter. Ook zij wordt Meijntje genoemd. Ze wordt op 7 oktober gedoopt in de Bovenkerk. In de zomer van het volgende jaar overlijdt ze.


Als ook dit laatste kind overlijdt, zijn Laurens en Anna beiden 42. Anna heeft een echtgenoot en twee dochters verloren. Laurens heeft een echtgenote en vijf van zijn zes kinderen verloren. Wat al eerder werd gezegd over zuigelingen- en kindersterfte, komt hier op schrijnende wijze in onze eigen familie naar voren. Het zegt echter nog niet veel over het enorme verdriet dat juist dit gezin zo getroffen heeft. In geen enkel gezin in deze familiegeschiedenis is er sprake van zoveel sterfgevallen.


Hoe hebben Anna en Laurens dit verdriet ooit kunnen dragen? Het is een feit dat ze in elk geval nog een aantal jaren getrouwd zijn geweest. De gebeurtenissen in hun leven moeten een grote rol hebben gespeeld in die latere jaren van hun huwelijk. Hebben ze veel over hun overleden kinderen gesproken? Of misschien juist het onderwerp gemeden? Heeft het hun levensvreugde weggenomen? Het is allemaal moeilijk te zeggen. We kunnen echter wel iets meer ingaan op het sociale netwerk dat hun zal hebben opgevangen. Bij wie vonden ze met andere woorden troost in deze moeilijke tijden? Was dat bij familie, vrienden, het geloof? Die eerste twee kunnen zeker het geval zijn. Het leven van mensen speelt zich in die tijd op een veel kleiner gebied af dan bij ons tegenwoordig. Hoewel we al gezien hebben dat verhuizen niet vreemd is, blijft dit meestal beperkt tot dezelfde stad. In Kampen wonen dus veel familieleden. Ook het verdere sociale netwerk van Laurens en Anna zal zich vrijwel geheel hebben bevonden op de nog geen vierkante kilometer die de stad groot is.


Ook het geloof zal waarschijnlijk steun hebben gegeven aan het echtpaar. Toch zit hier tegelijkertijd ook een pijnlijke kwestie. Laurens is namelijk niet een gewone burger van de stad. Hij is niet lid van een gilde en maakt en verkoopt niets. Hij is koster van de Bovenkerk. Dat betekent dat veel de hierboven genoemde grote gebeurtenissen, zowel de mooie: doop, als de verdrietige: begrafenissen, plaatsvinden op een plek die voor Laurens niet te mijden is. Sterker nog, Laurens zal dagelijks in de kerk hebben rondgelopen op de plek waar zoveel verdriet was beleefd. Dit werpt wel de vraag op waarom niet iedereen in het gezin in de bovenkerk is gedoopt, zoals Jan en Meijntje. Is dit een aanwijzing dat Laurens pas later in z’n leven, dwz na 1733 koster is geworden? Heeft hij met een zwaar gemoed zijn werk in de kerk gedaan? Misschien geprobeerd om ander werk te vinden? Dat is allemaal niet duidelijk. Maar het kan bijna niet anders dan dat hij vaak heeft moeten denken aan wat er allemaal is voorgevallen.

Panorama van de stad Kampen met links de Bovenkerk De Bovenkerk, de plaats waar Laurens als koster werkt, is de grootste kerk van de stad Kampen. Het panorama van de stad laat geen twijfel bestaan over welke van de kerken het is. De Bovenkerk doet z’n naam eer aan en lijkt bijna boven de stad uit te stijgen. De kerk is van oorsprong een katholieke kerk, want toen deze in de middeleeuwen werd gebouwd, was er, zoals we al hebben gezien, slechts één geloof: het katholieke. Het is moeilijk om precies aan te geven wanneer de kerk is gebouwd, omdat er niet alleen twee voorgangers op dezelfde plaats hebben gestaan, Het Hinszorgel in
de Bovenerk in Kampenmaar ook omdat een kerk bouwen in de middeleeuwen een tijdrovend karwei was. De kerk die er nu staat kwam gereed in de 15e eeuw. Zoals gezegd was het een katholieke kerk en dus was er veel versiering in de kerk: beelden, schilderijen, altaren, etc. Verreweg de meeste van deze verfraaiingen hebben de Reformatie niet overleefd. De nieuwe, protestante kerkgangers en –bestuurders wilden niets weten van deze paapse afgoderij. Het gebouw is echter gebleven en laat ons ook tegenwoordig nog zien hoe trots mensen in de middeleeuwen waren op hun geloof én op hun stad.

Als Laurens Baerentsz van der Lankhorst koster is in de Bovenkerk, zal één van de interessantste en imposantste gebeurtenissen van zijn carrière, de plaatsing van een nieuw orgel zijn geweest. De kerk bezit op dat moment al wel een orgel, maar dit voldoet niet meer aan de eisen. De Groningse orgelbouwer Hinsz restaureert het oude orgel, maar breidt het ook aanzienlijk uit in de jaren 1741-1743. Het resultaat is het nu nog bestaande orgel. Laurens zal de ontwikkeling van het orgel op de voet hebben gevolgd en waarschijnlijk regelmatig hebben gesproken met de bouwers ervan. De totale kosten van het project bedroegen 8150 gulden: een enorm bedrag in die tijd. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de stad een lening moest afsluiten om dit bedrag op tafel te kunnen leggen.


Om zijn baan als koster van de Bovenkerk goed uit te kunnen voeren, is het makkelijk als Laurens niet te ver van de kerk afwoont. Uit de volkstelling van 1748 weten we dat Anna Bondam op dat moment aan de Brigittenhof woont. Dit zal ongetwijfeld (in de buurt van) het nu nog bestaande Bregittenplein (of Bregittenstraat) zijn. Zij woont daar met een dienstmeid. Laurens is twee jaar daarvoor overleden en op 6 februari begraven in -het laat zich raden- de Bovenkerk. De Brigittenhof is slechts zo´n honderd meter verwijderd van de Bovenkerk en was dus een ideale plek voor het paar om te wonen. 

Ons verhaal gaat verder met Barend, de enige levende zoon, zelfs het enige levende kind van Laurens Baerentsz van der Lankhorst.

 

 

 

  Verder naar 'Chirurgijn van Kampen'

-- naar boven --

 

 


de geschiedenis van de familie Lankhorst uit Kampen